Aanvullende pensioenen blijven aan belang winnen in het pensioenlandschap
Het tweejaarlijks verslag van de FSMA over de aanvullende pensioenen voor werknemers biedt een gedetailleerd en rijk inzicht in de huidige staat en evolutie van de sector. Het verslag bestrijkt de periode van 1 januari 2022 tot 1 januari 2024, en toont aan dat de tweede pijler zijn groei blijft verderzetten. Assurinfo vat de essentie van het rapport voor u samen.
Kerncijfers en groei
Op 1 januari 2024 bouwden maar liefst 4.131.503 werknemers een aanvullend pensioen op. Dit is een stijging van bijna 10% ten opzichte van 1 januari 2022 en zelfs 25% ten opzichte van 1 januari 2018. Werknemers kunnen verschillende aanvullende pensioenen hebben, waarbij er binnen de sectorale pensioenstelsels 2.570.149 personen aangesloten zijn, bij de bedrijfspensioenstelsels 2.327.575 personen, en bij het VAPW (Vrij Aanvullend Pensioen voor Werknemers) 1.340 personen. Het VAPW is dus allesbehalve een succesverhaal.
Dekkingsgraad en activiteit
Ongeveer 70% van de actieve werknemers bouwt vandaag actief aanvullend pensioen op. Dit percentage benadrukt het belang van aanvullende pensioenen binnen de huidige arbeidsmarkt. Qua actieve aansluitingen kloppen de sectorale stelsels (40%) de bedrijfspensioenstelsels (38%) nipt.
Financiële reserves en beheer
Op financieel gebied is er in totaal 6 miljard euro aan verworven reserves opgebouwd binnen de sectorale pensioenstelsels en 66 miljard euro binnen de bedrijfspensioenstelsels. De gemiddelde verworven reserve per werknemer bedraagt 2.437 euro voor sectorale stelsels en 28.748 euro voor bedrijfspensioenstelsels. Dit verschil benadrukt dat het financiële zwaartepunt, ondanks het groter aantal actieve aansluitingen bij de sectorale pensioenstelsels, bij de bedrijfspensioenstelsels ligt.
Verzekeringsondernemingen en IBP’s
De IBP’s beheren het grootste deel van de verworven reserves binnen de sectorstelsels (58%), terwijl de situatie omgekeerd is voor wat de bedrijfspensioenstelsels betreft. Daar beheren de verzekeraars 75% van de verworven reserves. Bij verzekeraars vindt het beheer in de meeste gevallen plaats via een verzekeringsproduct met gewaarborgd rendement (tak 21). Liefst 94% van de beheerde reserves in bedrijfspensioenstelsels zit in tak 21, en ook binnen de sectorstelsels zit met 87% het grootste deel van de reserves in tak 21.Deze dominante positie van 'tak 21'-producten toont het vertrouwen in producten met een gegarandeerd rendement, hoewel de afgelopen jaren reserves beheerd binnen een tak 23-product sneller groeiden dan de reserves binnen tak 21.
Beleggingsrendementen
In 2023 werd bij de verzekeringsondernemingen gemiddeld een positief globaal rendement van 1,87% toegekend (net zoals in 2022) waarmee het na te komen minimumrendement afgedekt werd In tegenstelling tot het rendement bij IBP’s of tak23 wordt bij tak 21 steeds een rendement gewaarborgd dat in alle omstandigheden nagekomen wordt en dat ook nooit negatief kan zijn (minus 11,15% in 2022 bij IBP’s) en dat jaarlijks nog verhoogd kan worden met een winstdeelname. Het gewaarborgd rendement in tak 21 alsook het afdekken van de minimumwaarborg verklaren de sterke voorkeur van werkgevers voor tak 21
Uitbetalingen en pensioenkapitalen
In 2023 werden er 43.735 prestaties bij leven uitbetaald binnen sectorale stelsels en 74.624 binnen bedrijfspensioenstelsels. Het totaal uitgekeerde bedrag als kapitaal was 172 miljoen euro bij sectorale stelsels en 3,5 miljard euro binnen bedrijfspensioenstelsels.
En de zelfstandigen?
Naast het tweejaarlijks verslag m.b.t. werknemers heeft de FSMA ook haar tweejaarlijks verslag rond aanvullende pensioenen zelfstandigen uitgebracht. Ongeveer de helft van de zelfstandigen in hoofdberoep bouwde in 2023 een aanvullend pensioen op. De sterke groei in VAPZ blijft zich doorzetten maar is minder sterk dan voorgaande jaren: zo zijn er nu slechts 4,5% meer VAPZ-overeenkomsten en slechts 2% meer WAPBL-toezeggingen, terwijl er voor beiden in 2022 nog een groei van 5,5% was. De WAPZNP-overeenkomsten blijven ook vooruitgang boeken met een groei van 6%, hoewel deze stijging aanzienlijk minder uitgesproken is dan die in 2022, toen ze 31% bedroeg.
Conclusie
Ondanks enkele uitdagingen blijft de tweede pijler een cruciale rol spelen in het waarborgen van de financiële zekerheid in de toekomst. Getuige hiervan is de jaarlijkse stijging van het aantal aangeslotenen. Als verzekeringssector is het de doelstelling om deze groei te blijven ondersteunen en ook aan te moedigen de komende jaren.
👉 Toegang tot tweejaarlijks verslag werknemers: FSMA - Tweejaarlijks verslag betreffende het aanvullend pensioen voor werknemers
👉 Toegang tot tweejaarlijks verslag zelfstandigen: FSMA -Tweejaarlijks verslag betreffende het aanvullend pensioen voor zelfstandigen