Welke conventie in welke situatie bij een verkeersongeval?
De verzekeraars hebben conventies opgesteld om problemen op te lossen die zich kunnen voordoen in verschillende situaties. Hieronder vindt u een aantal type-situaties opgenomen met verwijzing naar de te volgen weg om een mogelijke oplossing te vinden.
De schade kan betrekking hebben op twee onderwerpen, de materiële schade (ook stoffelijke schade genoemd) en de lichamelijke schade.
1. Materiële schade
Een onderscheid dient te worden gemaakt tussen de situatie waarin de eigenaar van het beschadigd voertuig al dan niet in zijn recht is.
Wanneer de eigenaar aansprakelijk is voor het ongeval, dan kan zijn eigen materiële schade niet worden verhaald op een andere partij. Daarom bestaan er verzekeringscontracten die een dergelijk risico specifiek dekken (casco, omnium) zoals terug te vinden is in de Accessoire waarborgen.
Is een bestuurder volledig onschuldig of gedeeltelijk aansprakelijk in het ontstaan van het schadegeval, dan kan de materiële schade (gedeeltelijk) teruggevorderd worden van de aansprakelijke partij. Om een versnelde procedure in de hand te werken werd hier een conventie opgesteld genaamd Expertise en RDR.
Is de aansprakelijke partij niet onmiddellijk gekend omdat er discussies bestaan bij twee of meerdere partijen, dan kan een onschuldig slachtoffer beroep doen op de overeenkomst Onschuldige Slachtoffers.
In geval van schade toegebracht door een voertuig aan een gebouw, dan kan, bij toepassing van de overeenkomst Aanrijding door Voertuigen de brandverzekeraar van dat beschadigd onroerend goed en voor zover de dekking aanrijding door voertuigen in de brandpolis opgenomen is, de schade aan zijn eigen verzekerde vergoeden. De problemen rond het verhaal op de aansprakelijke partij zijn op dat ogenblik niet meer voor het slachtoffer, maar worden verder geregeld onder verzekeraars.
2. Lichamelijke schade
Zoals bij de materiële schade dient een onderscheid te worden gemaakt tussen de situatie waarin de slachtoffers al dan niet aansprakelijk zijn voor het ongeval, maar ook de hoedanigheid van het slachtoffer speelt een rol.
Indien het slachtoffer een bestuurder is van een motorvoertuig en daarbij aansprakelijk is voor het ongeval, dan kan zijn eigen lichamelijke schade niet worden verhaald op een andere partij. Daarom bestaan er verzekeringscontracten die een dergelijk risico specifiek dekken en die terug te vinden zijn in de Accessoire waarborgen.
Is een bestuurder volledig onschuldig of gedeeltelijk aansprakelijk in het ontstaan van het schadegeval, dan kan zijn lichamelijke schade (gedeeltelijk of volledig) teruggevorderd worden van de aansprakelijke partij. Bij problemen kan beroep gedaan worden op de overeenkomst Onschuldige Slachtoffers.
Alle andere slachtoffers van verkeersongevallen (alle niet-bestuurders van motorrijtuigen zoals voetgangers, fietsers en inzittenden) kunnen hun lichamelijke schade vergoed zien zonder dat er gezocht wordt naar mogelijke aansprakelijken. Deze automatische vergoeding, die moet worden uitgevoerd door de verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid van een betrokken voertuig, is een wettelijke bepaling die terug te vinden is in artikel 29bis van de Wet van 21 november 1989 betreffende de verplichte aansprakelijkheidsverzekering inzake motorrijtuigen.
3. Materiële en lichamelijke schade
Indien de schadelijder geconfronteerd wordt met een discussie tussen een verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid auto en een verzekeraar burgerlijke aansprakelijkheid uitbating, omdat de situatie niet duidelijk weergeeft welke van de twee tot vergoeding moet overgaan, dan kan de conventie BA Auto/BA Uitbating een oplossing bieden.
Een probleem van bepaling van aansprakelijkheden kan zich eveneens voordoen in uitzonderlijke verkeersongevallen zoals bij kettingbotsingen. De verzekeraars die de Verbintenisverklaring kettingbotsingen hebben ondertekend verplichten zich om hun eigen verzekerden in die uitzonderlijke situaties te vergoeden. De problemen rond het verhaal op de aansprakelijke partij(en) zijn hier ook niet meer voor het slachtoffer, maar worden verder geregeld onder verzekeraars.